Weet je wat de verschillen zijn tussen de witte grappa’s en de “gele”?
Met deze vraag proberen we ons verder te verdiepen in het argument om meer te weten te komen over de kwaliteiten, ook fysieke, van de grappa van Trentino.
Alle grappa’s ontstaan op dezelfde wijze, helder en wit. Een van de fundamentele kenmerken voor een kwaliteitsgrappa is precies deze volledige afwezigheid van onzuiverheden! De witte grappa wordt verkregen wanneer deze, aan het einde van de destillatieprocessen, na een periode van “rust” wordt overgegoten in stalen of glazen containers. Dit type containers maakt het mogelijk de aroma’s afkomstig van de wijnstok waaruit de druivenpulp is ontstaan, intact te houden.
De grappa’s met warme kleuren daarentegen die gaan van geel naar bruin, nemen deze kleurschakeringen en tinten aan, omdat ze in houten vaten zijn gegoten om te rijpen (normaal gesproken in barriques, zoals voor de wijn) die in de loop van de tijd hun natuurlijke kleuren afgeven. Dit type grappa wordt, na de destillatieprocessen, overgegoten in barriques voor ten minste 12 maanden en mag alleen op deze manier “grappa barrique of barricata” worden genoemd. In tegenstelling tot de jonge en witte grappa’s overheersen in de gerijpte grappa’s zoetige geuren, zoals die van vanille en overrijp fruit.